Met Edson Álvarez heeft Ajax een Mexicaanse krijger in huis gehaald. Iemand met een ijzersterke mentaliteit en een enorme honger om beter te worden. De weg van Álvarez naar de top was niet zonder tegenslagen, maar elke keer wanneer hij valt, staat hij op en bewijst hij zichzelf. Een portret van de eerste Mexicaan in Amsterdamse dienst.
Vrienden in Mexico-Stad
Als iemand Edson Álvarez goed kent, zijn het wel Jorge Sanchez en Sebastián Cordova. De twee leerden de middenvelder kennen in de jeugd van Club América en haalden samen het eerste elftal en de nationale ploeg van Mexico. Sanchez en Cordova, beiden begin twintig, spelen nog steeds bij de Mexicaanse topclub. Het vrolijke tweetal ontvangt me op het moderne en streng beveiligde trainingscomplex van hun club in Mexico-Stad. Met uitzicht over de trainingsvelden waar Álvarez zich ontwikkelde tot international, vertellen Sanchez en Cordova over hun band met de Ajacied.
‘Het eerste waar ik aan denk als ik aan Edson denk? Zijn oren! We maken altijd grappen over zijn grote oren’, zegt Cordova. Sanchez vult meteen aan: ‘En ik zeg altijd dat hij lelijk is, haha!’ Als goede vrienden moet je elkaar de maat kunnen nemen. Goede vrienden zijn de drie zeker. ‘Wij zijn bijna broers van elkaar, drie musketiers. Als we samen zijn, maken we veel grappen, spelen we FIFA en gaan we ergens taco’s eten. We missen Edson nu hij in Europa is, maar we praten veel via de telefoon’, zegt Cordova. De twee beschrijven Álvarez als iemand met een sterk karakter. Op en naast het veld heeft hij hen geïnspireerd met zijn werklust en doorzettingsvermogen. Sanchez: ‘Hij was aanvoerder toen we met de Onder-17 kampioen van Mexico werden. Edson gaat altijd voorop in de strijd en stopt niet voordat hij zijn doel heeft bereikt. Hij werkt elke dag hard om beter te worden, dat is zijn geheim. Hij heeft veel gedaan om te komen waar hij nu is.’
Read more